Vanochtend, tijdens een telefoongesprek, gaf ik daar voor het eerst woorden aan: Er is nog zoveel van het oude jaar dat ik bij mij draag, zei ik. Daar kan ik ook niet omheen, het is er. En daarvan werd ik enorm verdrietig. En ook opstandig. Misschien bespeurde ik zelfs iets van angst: wat gaat dit nieuwe jaar mij (nu weer) brengen; wat komt er naar mij toe? Sindsdien vragen allerlei gedachten en gevoelens om aandacht. Nee, dat zijn geen positieve en opbeurende gedachten. Het zijn zwarte gedachten.
Ik ben er maar eens voor gaan zitten. Een nieuw jaar betekent immers ook opnieuw de balans opmaken. Hoe is het nu in mijn leven? Hoe is het nu met mij en in mij? Wat vraagt aandacht? Waar is het licht en waar is het donker? Waar doet het pijn, waar zit de vreugde? Wat geeft energie en wat kost energie. Niet om te oordelen, niet om er iets aan te willen veranderen, wel om het toe te staan. Alles. Inclusief alles wat ik ervan vind. Het is immers niet anders dan het is, de omstandigheden kan ik niet veranderen, wel hoe ik er mee om ga. Ik gun het mijzelf vandaag, ik laat het helemaal toe. Een goed begin is het halve werk.