Maar waar een kop verdwijnt, kan ook ineens een nieuwe kop ontstaan. Daar ben ik dan weer verbaasd over. Een kop die symbool staat voor iets wat al jarenlang latent in mij aanwezig was. En na zo’n interne verschuiving ziet hij zijn kans schoon. Springt ook deze nieuwe drakenkop met al zijn kracht ineens naar voren. Zo onverwacht soms, dat ik ervan schrik.
Gelukkig was er deze week geen drakenkop die ‘won’. Het was de Liefde. Niet omdat ze vocht, maar gewoon omdat ze er was en ik haar zag. De Liefde die geen woorden nodig heeft, die niet vecht. De liefde die verzacht, omhelst en verwarmt. De liefde de scheurtjes maakt in harde pantsers, daardoor naar binnen glipt en zo gewapende draken ontwapent. De liefde die geduldig is, die niet hoeft te strijden om een koppositie, maar die IS. Overal en altijd. Zowel voor als achter, zowel binnen als buiten. Er is liefde om te geven, er is liefde om te ontvangen. Dat laatste vind ik zelf nogal moeilijk. Daar zit dan weer een flinke drakenkop tussen. Maar deze week won ze, de Liefde. Gewoon, omdat ik haar toe kon laten.
De Draak is weer getemd. Shhhhh.